Op de dag van het Festival van het Vuur (Chahar Shanbeh Suri), de laatste woensdag voor het Perzische Nieuwjaar, maken we kennis met de babbelzieke Rouhi. Zij komt schoonmaken in het ruime appartement van Morteza en zijn manische vrouw Mojdeh, en beseft al gauw in wat voor chaos ze is binnengestapt. Mojdeh beticht haar man van overspel met de rondborstige schoonheidsspecialiste die in de aangrenzende flat woont, en dat net op de dag dat ze op vakantie zouden vertrekken. Een bloednerveuze Mojdeh houdt constant een oor tegen de badkamermuur gedrukt, in de hoop compromitterende geluiden op te vangen en haar beschuldigingen hard te kunnen maken. Ten einde raad stuurt ze Rouhi naar het appartement van de schoonheidsspecialiste, waar ze zich ontpopt tot meesterspionne.