Het jaar is 1402. Koningin Margrete de Eerste heeft bereikt wat nog nooit iemand eerder gelukt is. Zij heeft Denemarken, Noorwegen en Zweden verenigd in een op vrede gerichte unie: de Kalmar-Unie. De unie regeert ze in haar eentje via haar geadopteerde tienerzoon en teven kroonprins, Erik. Margrete plant een huwelijk tussen Erik en prinses Philippa van Engeland. Een alliantie met Engeland zou de status van de unie als opkomende Europese macht veilig moeten stellen en van extra uitstraling voorzien. Maar de komst van haar voor dood gewaande zoon dreigt de unie en alles waarin Margrete gelooft uit elkaar te rukken.